Galleria Borghese architectuur en geschiedenis
De familie Borghese, die banden had met de Rooms-Katholieke Kerk, verhuisde in de 16e eeuw naar Rome en vergaarde snel rijkdom en aanzien. In 1605 werd Camillo Borghese tot paus gekozen (paus Paulus V) en al vrij snel daarna benoemde hij zijn neef Scipione Borghese tot kardinaal. Scipione was een verwoed kunstverzamelaar en investeerde een groot deel van de rijkdom die hij door pauselijke retributies en belastingen had verworven in de uitbreiding van de kunstcollectie van de familie. Door zijn belangrijke positie in de Vaticaanse regering had de kardinaal genoeg rijkdom om in kunst te investeren.
Gebruikmakend van zijn positie en invloed in Italië begon de Kardinaal zijn privé kunstcollectie met stukken verzameld uit het hele land. Zijn oog voor unieke kunst was onberispelijk, wat hij gebruikte voor het geven van opdrachten en het verzamelen van beeldhouwwerken en schilderijen tijdens zijn leven. Kunsthistorici hebben vaak de wenkbrauwen opgetrokken over de middelen die de kardinaal gebruikte om de kunstwerken te verzamelen; hij stond erom bekend kunstenaars gevangen te nemen, of dwang en bedreigingen te gebruiken om hun kunst te verzamelen.
Galleria Borghese Bernini
De Kardinaal was in het bijzonder geïnteresseerd in het werk van de jonge Gianlorenzo Bernini. Hij gaf opdracht voor verschillende iconische beeldhouwwerken, zoals Apollo en Daphne en De verkrachting van Proserpina, waardoor Bernini beroemd werd. De schilderijen van Caravaggio vormden ook een essentieel onderdeel van de collectie van de kardinaal, die hij in de loop der jaren verwierf en die tot op de dag van vandaag in de Galleria Borghese worden tentoongesteld. Andere kunstenaars waar hij een oogje op had waren onder meer Titiaan en Rafaël.
In wezen is het grootste deel van zijn kunstcollectie te zien in de Galleria Borghese.
De structuur van het museum zelf werd in 1613 in opdracht van de kardinaal gebouwd om zijn enorme collectie op één plaats tentoon te stellen. De galerij werd ontwikkeld als een voorstedelijke vakantievilla met uitgestrekte tuinen. Die nu bekend staan als Villa Borghese. In de 19e eeuw kwam de familie Borghese in financiële moeilijkheden en prins Camillo Borghese verkocht veel stukken uit de galerij aan de Franse staat. In 1902 werd de hele Borghese-staat door de gemeente Rome aangekocht en omgevormd tot een openbare kunstgalerij.
Vandaag de dag bezoeken reizigers van over de hele wereld de Galleria Borghese met eigen ogen te zien.