Duik in twee millennia geschiedenis van het Colosseum

Bouwplaats

Voor 70 AD

Het Colosseum staat hoog op een kunstmatig meer waar oorspronkelijk een standbeeld van Nero stond, gebouwd door de Romeinse keizer Nero. Hoewel het gebied al in de 2e eeuw bewoond was, had Nero het land overgenomen na de Grote Brand van Rome. Hij bouwde veel standbeelden, paviljoens en tuinen in het gebied dat Domus Aurea werd genoemd. Koning Vespasius koos deze plek voor de bouw van het Flavisch Amfitheater om het land terug te geven aan het volk van Rome, dat door keizer Nero voor persoonlijk gebruik was gebruikt. Het kunstmatige meer werd gevuld en het standbeeld van Nero werd omgebouwd tot een ander standbeeld ter ere van de Romeinse zonnegod Sol. Een andere reden waarom dit gebied werd gekozen om het Colosseum te bouwen was dat het in het hart van de stad ligt.

Bouw van het Colosseum

70-81 AD

De bouw van het Colosseum begon in 70 na Christus onder het bewind van koning Vespasius. Het was vlak na het Beleg van Jeruzalem, omdat de koning de bouw financierde met de oorlogsoverwinningen. Veel krijgsgevangenen werden gebruikt als arbeidskrachten om dit enorme monument te bouwen. Tegen de tijd dat koning Vespasius stierf (79 na Christus) waren drie verdiepingen voltooid. Het werd gebouwd met travertijnkalksteen, dat meestal werd gevonden in de buurt van warmwaterbronnen, een vulkanisch gesteente dat tufsteen werd genoemd, met bakstenen bekleed Romeins beton dat werd gebruikt om veel bouwwerken in het oude Rome te bouwen, hout, tegels en cement. Hoogopgeleide ingenieurs, decorateurs, kunstenaars, architecten, bouwers en schilders ontwierpen het monument.

Openingsspelen

80 AD

Nadat koning Vespasius in 79 na Christus stierf, nam zijn zoon en opvolger Titus de taak van de bouw van het Colosseum over. Terwijl zijn vader al drie van de vier verdiepingen had voltooid, hield Titus toezicht op de bouw van de vierde verdieping. Om de voltooiing te vieren, organiseerde hij inaugurele spelen in het Colosseum, waar meer dan 65.000 mensen konden zitten. Deze spelen bestonden uit dierengevechten, gladiatorengevechten, jachtpartijen, het naspelen van misdadige gevechten en criminele executies. Volgens de Romeinse historicus Dio Cassius werden er tijdens de openingsspelen meer dan 9000 dieren gedood. De spelen duurden 100 dagen om het volk van Rome en de Romeinse Goden een plezier te doen, want er waren veel ongelukken tijdens het bewind van Titus, zoals de vulkaanuitbarsting van de Vesuvius.

Colosseum in gebruik

217- 6e eeuw

Titus had het grootste deel van de bouw voltooid voordat de openingsspelen begonnen, maar Domitianus, de jongere zoon van koning Vespasius en opvolger van Titus, bouwde ondergrondse tunnels voor dieren en slaven en een galerij om het Colosseum meer zitplaatsen te geven. Tijdens de openingsspelen werd het Flavische Amfitheater gebruikt voor verschillende activiteiten, bestonden uit dierengevechten, het naspelen van epische veldslagen en gladiatorengevechten. Historici hebben ook gesimuleerde zeeslagen opgetekend in het Colosseum, waar de strijd tussen de Corcyreese Grieken en Corinthiërs werd nagespeeld. Gesimuleerde bossen werden ook gemaakt door kunstenaars, schilders en technici om episodes uit de mythologie uit te beelden of om te gebruiken als achtergrond voor de jacht.

Colosseum in de Middeleeuwen

Eind 6e eeuw tot 14e eeuw

Tegen die tijd was de rol van het Colosseum uitgebreid. Het werd nu gebruikt als begraafplaats waar bekende Romeinen werden gecremeerd. Er werd ook een kapel gebouwd in het Colosseum. De gewone mensen gebruikten de gewelven onder de zitplaatsen als huizen en werkplaatsen. In de 12e eeuw nam de machtige Frangipani-familie het Colosseum over en begon het te gebruiken als kasteel. In de middeleeuwen werd het Colosseum het meest beschadigd. De aardbeving in 1349 veroorzaakte de instorting van de andere kant van het bouwwerk. Stenen werden gestript voor gebruik op andere plaatsen en marmer werd gebruikt om ongebluste kalk van te maken.

Rol in de christelijke wereld

16e en 17e eeuw

In de 14e eeuw trok een religieuze gemeenschap erin en bewoonde het amfitheater tot de Roomse kerk erbij betrokken raakte. Er waren veel voorstellen over wat er met het Colosseum moest gebeuren. Paus Sixtus V wilde er een wolfabriek van maken gezien de vele prostituees van Rome die er werkten. Terwijl kardinaal Altieri, de neef van paus Clemens X, voorstelde het te gebruiken voor stierengevechten. Maar er werd niets uitgevoerd. Het was paus Benedictus XIV die van het Colosseum een heilige plaats wilde maken, omdat hij geloofde dat er veel christenen gemarteld waren. Hij installeerde veel kruiswegstaties. Later waren er veel door de kerk gesanctioneerde restauratieprojecten om de schade te herstellen die was veroorzaakt door natuurrampen en door de mens veroorzaakte rampen.